Wat betekent Brexit voor jouw (toekomstige) werknemers?
Binnenkort eindigt de overgangsperiode zoals vastgelegd in het terugtrekkingsakkoord tussen de EU en het VK. Wat betekent dit voor jouw (toekomstige) werknemers? Wij informeren je graag vanuit het oogpunt van immigratie, sociale zekerheid en fiscaal.
Immigratie
De meeste VK-onderdanen en hun gezinsleden die in Nederland willen blijven wonen of die binnen de overgangsperiode (tot 1 januari 2021) naar Nederland verhuizen, vallen binnen de reikwijdte van het terugtrekkingsakkoord. Zij zullen vanaf 1 januari 2021 een verblijfsdocument nodig hebben om in Nederland te kunnen verblijven. Zij behouden echter wel een bevoorrechte positie waardoor er geen tewerkstellingsvergunning nodig is om in Nederland te mogen werken.
Ons advies is om deze vergunning vóór 1 januari 2021 aan te vragen bij de IND. Men hoeft dus niet langer te wachten op een uitnodiging van de IND. Deze worden inmiddels ook niet meer door de IND verstuurd.
VK-onderdanen met een permanent EU verblijfsdocument (EU duurzaam verblijf) zullen uitgenodigd worden om deze vergunning om te wisselen. Zij hoeven hier geen aanvraag voor in te dienen.
VK-onderdanen met een permanent Nederlands verblijfsdocument of een andere EU-nationaliteit naast hun VK-nationaliteit hebben geen nieuw verblijfsdocument nodig.
VK-onderdanen die na de overgangsperiode in Nederland komen wonen en niet komen voor gezinshereniging onder het terugtrekkingsakkoord, vallen niet onder het terugtrekkingsakkoord. Zij zullen in principe een reguliere vergunning (verblijf en/of werk) moeten aanvragen.
Alle correspondentie van de IND wordt verstuurd naar het adres waarop men ingeschreven staat in de Basisregistratie Personen (BRP). Het is daarom van uiterst belang dat men op tijd en correct geregistreerd staat.
Ook voor grensarbeiders (zij die wonen in het VK en werken in Nederland) zal er één en ander veranderen. Vanaf 1 januari 2021 zullen ook zij over de juiste vergunning moeten beschikken. Voor grensarbeiders die vóór 1 januari 2021 in Nederland gestart zijn met werken, geldt het overgangsrecht. Het advies is om hun vergunning zo snel mogelijk en niet later dan 1 januari 2021 aan te vragen. Voor zij die na 1 januari 2021 in Nederland starten met werken, zal in principe een reguliere vergunning aangevraagd moeten worden.
Wij assisteren graag met gemeentelijke inschrijvingen en/ of het indienen van aanvragen. Mocht je hieromtrent vragen hebben, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen. Mocht je vragen hebben over de consequenties voor jouw werknemers in het VK dan brengen wij je graag in contact met onze partner aldaar. Lees hieronder verder wat het betekent vanuit een fiscaal oogpunt.
Fiscaal
Vanuit fiscaal oogpunt verandert er wat betreft de verdeling van de heffingsbevoegdheid niet heel veel. Het belastingverdrag dat tussen Nederland en het VK is gesloten, is een bilateraal verdrag en heeft geen link met het lidmaatschap van de EU. De bepalingen zoals neergelegd in het belastingverdrag blijven dus onverkort van toepassing.
Op persoonlijk vlak treden er wel veranderingen op voor werknemers die in het VK wonen en in Nederland werken. Indien een werknemer in het VK woont en meer dan 90% van zijn werkzaamheden in Nederland verricht, kan deze na het aflopen van de overgangsperiode niet meer worden aangemerkt als kwalificerend buitenlands belastingplichtige. Het gevolg hiervan is dat de werknemer geen beroep meer kan doen op persoonlijke aftrekposten in de aangifte inkomstenbelasting, zoals bijvoorbeeld de hypotheekrenteaftrek en de aftrek van partneralimentatie. Daar komt bij dat een inwoner van het VK geen recht meer heeft op een deel van de algemene heffingskorting. Bij het draaien van de loonadministratie behoort het woonland van de werknemer dus te worden aangepast van ‘landenkring’ naar ‘derde land’.
Bovenstaande gevolgen gelden voor werknemers die na afloop van de overgangsperiode beginnen met het verrichten van werkzaamheden in Nederland en in Nederland belastbaar inkomen ontvangen. Werknemers die al vóór de afloop van de overgangsperiode in Nederland belastbaar inkomen genoten, blijven in aanmerking komen voor de kwalificerende buitenlandse belastingplicht alsmede het belastingdeel van de algemene heffingskorting.
Sociale Zekerheid
Op dit vlak is er momenteel nog weinig bekend.
Zoals wel bekend, bestaat er binnen de EU/EER/Zwitserland een coördinatieverdrag inzake sociale zekerheid. Indien sprake is van detachering, het verrichten van werkzaamheden in twee of meer lidstaten, geeft dit coördinatieverdrag aan in welk land de werknemer onderworpen is aan sociale zekerheid. Indien er geen aanvullende afspraken worden gemaakt, zal het VK geen partij meer zijn bij dit verdrag. Het gevolg hiervan is dat in geval van detachering van één van de lidstaten naar het VK, de werknemer niet meer sociaal verzekerd kan blijven in het land waarvan hij/zij is uitgezonden en bestaat het risico op dubbele verzekering (in de betrokken lidstaat én het VK). Ook is het beleid van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) inzake werknemers die vanwege COVID-19 vanuit huis in het VK werken in plaats van Nederland mogelijk niet meer van toepassing. Dit zou als gevolg hebben dat de werknemer die door COVID-19 vanuit huis in het VK werkt niet langer meer onderworpen is aan Nederlandse sociale zekerheidswetgeving maar die van het VK, dit heeft verplichtingen in het VK als gevolg.
De onderhandelingen zijn echter nog gaande, wellicht dat het VK partij blijft bij het coördinatieverdrag of dat er andere afspraken hieromtrent worden gemaakt. Of bovenstaand “worst case scenario” dus ook daadwerkelijk in werking zal treden, moeten we nog even afwachten. Uiteraard houden we jullie hierover op de hoogte.
Voor vragen over fiscale aangelegenheden of sociale zekerheid kun je terecht bij onze collega’s Jahir Dijks en/of Dennis von Oven.
Wil je op de hoogte blijven? Meld u aan voor de nieuwsbrief of volg ons op LinkedIn voor regelmatige updates.