Fiscale gevolgen van Prinsjesdag 2025

Ontdek hoe de aangekondigde belastingmaatregelen op Prinsjesdag 2025 jouw financiën zullen beïnvloeden.

Inleiding

Op Prinsjesdag 2025 heeft de Nederlandse regering een reeks belastingmaatregelen aangekondigd die in 2026 van kracht worden. Veel van deze maatregelen hebben fiscale gevolgen voor particulieren, ondernemers en beleggers. Deze maatregelen omvatten aanpassingen van de inkomstenbelastingtarieven, wijzigingen in aftrekposten en vrijstellingen, wijzigingen in de box 3-vermogensbelasting en de geleidelijke afschaffing van bepaalde belastingvoordelen. Terwijl sommige van deze wijzigingen bedoeld zijn om het systeem te vereenvoudigen en eerlijkheid te garanderen, zijn andere bedoeld om de belastinginkomsten te verhogen of de fiscale behandeling van verschillende groepen gelijk te trekken. Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste maatregelen en hun verwachte impact.

Gevolgen voor individuen

Aanpassing van de inkomstenbelastingtarieven en schijfdrempels in box 1
In Box 1 van de inkomstenbelasting wordt het tarief in de eerste schijf verlaagd met 0,12 procentpunt (tot 35,7 procent), terwijl het tarief in de tweede schijf stijgt met 0,08 procentpunt (tot 37,56 procent). De drempel voor de eerste schijf gaat omhoog naar €38.883 en de drempel voor de tweede schijf naar €79.137. Zie ook onderstaand de tabel.

Tarieven inkomstenbelasting 2026 (tussen haakjes de tarieven van 2025)

Belastingplichtigen geboren vanaf 1 januari 1946:

Belastingplichtigen geboren voor 1 januari 1946:

Laatste jaar overgangsregeling voor partieel buitenlandse belastingplicht
De status van partieel buitenlandse belastingplicht voor expats die gebruik maken van de 30%-regeling werd afgeschaft in 2025. Eind 2023 werd een overgangsregeling ingevoerd voor expats die de status al gebruikten, waardoor ze tot eind 2026 kunnen kiezen voor een partieel buitenlandse belastingplicht. Het komende jaar zal dus het laatste jaar zijn waarin deze optie beschikbaar blijft.

Codificatie van tijdelijke huurregels voor eigen woningen
De regels die huiseigenaren toestaan hun woning tijdelijk te verhuren terwijl ze elders wonen - bijvoorbeeld vanwege een buitenlandse detachering - worden gecodificeerd en uitgebreid. Hierdoor zullen (stief)kleinkinderen en andere directe afstammelingen ook tijdelijk in de woning mogen wonen zonder dat dit gevolgen heeft voor het recht op hypotheekrenteaftrek van de huiseigenaar.

Vermogensbelasting in Box 3
Het veronderstelde rendement op overig vermogen in box 3 wordt verhoogd naar 7,78 procent (van 5,88 procent in 2025). De berekeningsmethode wordt herzien om beter rekening te houden met huurinkomsten en eigen gebruik van onroerend goed. Daarnaast wordt de belastingvrije som verlaagd naar €51.396 (van €57.684 in 2025).

Gevolgen voor ondernemers

Uitfasering van de zelfstandigenaftrek
Het belastingvoordeel voor zelfstandigen (zzp'ers) zal verder worden afgebouwd, met een beoogde verlaging tot €900 in 2027. Voor 2026 zal de aftrek €1.200 bedragen. De extra aftrek voor startende ondernemers blijft €2.123.

Aandelenopties voor startende en groeiende ondernemingen
De Voorjaarsnota introduceerde een nieuwe belastingregeling om werknemersparticipatie in startups en scale-ups te stimuleren. Onder deze regeling zal de belasting op aandelenopties worden uitgesteld tot de daadwerkelijke verkoop van de aandelen. Daarnaast wordt het maximale belastingtarief op inkomen uit dergelijke opties verlaagd van 49,5 procent naar 32,17 procent, aangezien slechts 65 procent van het optie-inkomen belastbaar zal zijn.

Gevolgen voor beleggers

Waardering van verhuurd onroerend goed (Leegwaarderatio)
Zowel in de inkomstenbelasting als in de successierechten kunnen huurwoningen worden gewaardeerd met behulp van de "leegwaarderatio". Nieuwe regels staan waardering tegen marktwaarde toe als die waarde ten minste 10 procent lager is dan de berekende leegwaarderatio. Daarnaast kan de leegwaarderatio niet langer worden toegepast in gevallen van onzakelijke verhuur tussen partijen.

Vrijstelling groen beleggen

De vrijstelling en de heffingskorting voor groene beleggingen in box 3 worden per 1 januari 2028 afgeschaft. De eerder beoogde afschaffing per 1 januari 2027 blijkt niet haalbaar. De vrijstelling voor groene beleggingen wordt per 1 januari 2027 wel verlaagd van €26.312 (2025; partners €52.624) naar €200 (partners €400). In 2026 wordt deze vrijstelling geïndexeerd naar €26.715 (partners €53.430).

Een van bovenstaande punten bespreken?

Neem gerust contact met ons op via tax@exterus.nl of boek vandaag nog een kennismakingsgesprek!